Zuid Kalimantan

15 december 2015 - Banjarmasin, Indonesië

Voor de tentamens hadden we een weekje vrij om te studeren. Maar omdat de tentamens hier niks voorstellen en ze hier geen rekening houden met Kerst en oud en nieuw, beschouwen we deze week ook maar als kerstvakantie. Tijd voor een tripje. De goedkoopste tickets met de mooistse bestemming opgezocht en besloten dat het het tijd was om de jungle in te gaan op Borneo. 

Na extreem gehaast en gestress stond ik dan toch op tijd bij het vliegveld en had ik me eigenlijk helemaal niet hoeven haasten ivm vertraging... Typisch indonesië. 
We kwamen een uurtje later al aan in Benjarmasin, Zuid Kalimantan. 
We namen de taxi naar onze slaapplek die we via airbnb hadden geregeld. We stonden op het punt om tanden te gaan poetsen en naar bed te gaan toen we gebeld werden door onze host: 'waar blijven jullie?' We zaten verkeerd, oeps.. 
Het bleek het huis aan de overkant van de straat in dat donkere steegje te zijn, raar dat we dat niet konden vinden. 
De volgende ochtend stonden we vroeg op om naar de floating market te gaan. Onze hosts: een indonesisch stel ging met ons mee, een familie uitje dus. 
We stapten bij een oud mannetje in een bootje en vertrokken in het donker langzaam over de rivier. 
Het werd licht en de eerste bootjes kwamen in zicht, bootjes met fruit, groente, snacks en drankjes. We kochten wat fruit, bestelden koffie en hengelden met een soort prikstok onze gekozen snacks aan boord, het voelde een beetje als eendjes vissen op de kermis. 
Nog voor 12 uur hadden we onze spullen gepakt en waren we alweer opweg naar de volgende bestemming: Loksado. 
Onze hosts brachten ons tot aan Kandangan en regelden twee ojeks voor ons (mannetjes op scooters die zich als taxi gedragen). 
Door de stromende regen in een poncho vol gaten zat ik achterop de scooter. Na een uur (het voelde veel langer) kwamen we doorweekt aan bij 1 van de homestays in het dorpje.
Het bleef maar regenen dus konden we weinig doen, we trokken droge kleren aan en regelden een tour voor de volgende twee dagen.

We stonden weer vroeg op om met Amat, onze gids, voor twee dagen de jungle in te gaan.
De eerste 2 uur ging stijl omhoog, het was heet, benauwd en dodelijk vermoeiend. Snakkend naar adem en naar water stonden boven op de berg van het prachtige uitzicht te genieten. Nog maar 5 uur lopen... De weg was nu voornamelijk horizontaal of naar beneden maar het zweet liep als nog met straaltjes van me af.
We kwamen door een traditioneel Dayak dorpje, langs en over rivieren, en liepen door prachtige landschappen. 
Uitgeput en bezweet kwamen we bij een dorpje midden in de jungle, onze slaapplaats voor vannacht.
Hier wonen Dayak mensen, ze wonen in houten huizen op palen die allemaal verbonden zijn door steigers met in het midden een longhouse: een gemeenschappelijke ruimte met een altaar in het midden. Dat is de plek voor feesten en ceremonies.

'De wc is overal en de douche is in de rivier' 
En dus stonden we vervolgens in ons ondergoed in de rivier ons te wassen. De locals stonden lachend toe te kijken, ik zou mezelf ook uitlachen zo onhandig stonden we daar halfnaakt in de jungle. De vrouwen gebruiken normaal gesproken een sarong om zich in de wassen zodat ze niet naakt hoeven, maar die hadden we natuurlijk niet.
Fris gewassen kwamen we terug bij ons huisje voor vannacht, de familie had eten en thee voor ons gemaakt. Binnen in dan houten huisje werd op vuur gekookt, wel met zand eronder maar doordat er geen ventilatie was stond het al snel vol rook. Wel lekker warm, het had een aantal dagen flink geregend waardoor het behoorlijk was afgekoeld. 
In de grootste kamer lagen 3 grote matrassen waar zij met z'n allen op sliepen, 9 of 10 personen. 
Wij kregen een plastic matje op de houten vloer met alleen een dekentje, dat werd afzien dus.
Er werd nog tv gekeken, de baby verschoont, nog wat gegeten en gepraat. 
Nog even naar de wc in het donker achter een boompje en daarna een poging doen tot slapen.

Het was een hele lang nacht, iedere houding werd na een tijdje oncomfortabel, en zelfs met een trui aan had ik het ijskoud. Al veelste snel waren er weer mensen wakker, aan het praten en koken. Na nog een tijdje het lawaai te negeren, was het dan echt tijd om weer op te staan. Zodra ze merkten dat we wakker waren kregen we thee (veelste zoet), een omelet, en rijst met papaya bladeren.

Even gewassen en tandjes gepoetst bij de rivier, spullen gepakt en weer de jungle in. We hadden ons dit keer extra goed ingesmeerd met deet omdat we gisteren helemaal lek waren gestoken. Maar na de eerste paar stappen begonnen we alweer te zweten en hingen de mosquitos alweer in een zwerm om ons heen. Onderweg kwamen we door nog 3 traditionele dorpjes waar we steeds even pauzeerden om wat fruit te eten en water te drinken. 

Het laatstse stuk viel me erg zwaar, alles begon pijn te doen, en die slechte nacht rust hielp ook niet echt mee.
Maar uiteindelijk kwam Loksado weer in zicht en werden we vriendelijk begroet door alle dorpelingen. 
We gingen even lunchen, bedankten en betaalden onze gids en maakten ons alweer klaar voor de volgende activiteit.

Kleren aan die nat mochten worden en met z'n tweetjes plus gids op een bamboovlot om te gaan bambooraften. Het was droog, er kwam wel een donkere lucht aan, maar een poncho vonden we niet nodig. We waren nog geen 20 minuten onderweg toen het begon te regenen, en niet een klein beetje maar het kwam echt met bakken uit de hemel storten. Doorweekt en ijskoud moesten we dus nog ruim een uur varen. Bibberend van de kou was het moeilijk om nog van ons vlottochtje te genieten terwijl we toch door een prachtige omgeving kwamen, door de jungle, langs kleine dorpjes en rijstvelden. 
Onze gids had ons zijn poncho gegeven en bananenbladeren voor ons geplukt om onder te schuilen terwijl hij zelf de rivier in sprong om bomen uit het water te halen en takken weg te kappen met z'n mes. Toen we eindelijk bij de eindbestemming aankwamen stond er gelukkig al een busje die ons weer terug kon brengen.
Terug in de homestay namen we een koude douche in het donker, de elektriciteit was weer eens uitgevallen.. Snel warme droge kleren, en lekker niks meer doen de rest van de dag.
De volgende ochtend moesten we weer heel vroeg op om met een busje terug naar Benjarmasin te gaan en vervolgens door naar Palangkaraya. De reis ging snel en vrijwel zonder overstap tijd totdat we in de laatste bus zaten. Een oud barrel wat in Nederland al lang zou zijn afgekeurd over een een hobbelige weg.

Nog natrillend van de busreis stonden we na een paar uur op het busstation in Palangkaraya te wachten op onze lift. We hadden in de bus een gids gebeld om een tour te regelen en hij zou ons komen ophalen en naar ons hotel brengen. Bij het hotel bespraken we de tour mogelijkheden en spraken af om later die avond met hem en z'n vrouw naar de bioscoop de gaan, Star wars.
Na de film (super mooi) gingen we uiteten, dronken we een lokale cocktail met baram en gingen we op tijd naar bed.
Toen we s'ochtends op de gids zaten te wachten kregen we een berichtje dat hij motorpech had en het dus ietjes later zou worden. 2 uur later konden we dan eindelijk vertrekken. Eerst gingen we een kleine berg beklimmen waar we een prachtig uitzicht over de rivier en over al het groen hadden. Daarna naar een school waar geredde orangutans werd aangeleerd om voor zich zelf te zorgen zodat ze uiteindelijk weer in het wild kunnen leven. 
En toen was het dan eindelijk tijd voor onze lang verwachte boottrip om orangutans in het wild te gaan zien. 
Er is een eiland op de rivier waar de orangutans weer worden vrij gelaten nadat ze zijn gered en hersteld. Daar hebben ze alles wat ze nodig hebben om zichzelf te kunnen redden en zo min mogelijk met mensen in aanraking te komen. Af en toe komt er dan een bootje met touristen langs varen, maar die mogen niet aan land en kunnen dus alleen maar orangutans zien als ze bij het water zijn, ze kunnen zich dus ieder moment terug trekken de jungle in. Er is ook een ranger die aan de andere kant van de rivier in een hutje woont om het eiland te beschermen en te controleren of ze genoeg te eten hebben en kunnen vinden.
We zaten met z'n tweeen plus gids en de kapitein en z'n zoontje op het bootje richting het eiland. 
Heel stil lagen we aan de waterkant naar deze prachtige mensapen te kijken, groot en indrukwekkend. Mooi om ze in hun natuurlijke omgeving te zien in plaats van in kooien zoals in de school.
We zagen ze eten, zich wassen, stoeien met elkaar en spelen met takken en plukken gras.
Na een paar uur stonden we weer aan land, we hadden inmiddels behoorlijke honger gekregen dus gingen we lekker ergens soto ayam eten.
Daarna zijn we nog naar de nightmarket geweest, hebben we nog een poging gedaan om uit te gaan, maar zijn uiteindelijk geeindigt in een cafe met een milkshake en gefrituurde banaan.

De volgende dag begonnen we aan het laatste deel van onze tour, nog een boottochtje door een soort mangrove, vissen als locals, en lunchen in een park aan het water. We waren allebei al moe voordat we aan de dag begonnen, dat vroege opstaan steeds blijft moeilijk, en dan hebben we ook nog een gids die geen seconde stil kan zijn en voortdurend slechte anekdotes verteld. Onze gids heeft een ander idee over dierenrechten en wat normaal is dan wij. Hij vind het namelijk prima om toch nog eten of zelfs een plastic flesje naar de orangutans te gooien om hun aandacht te trekken, hij vind het normaal dat dieren in veelste kleine kooitjes zitten terwijl mensen stokken en ander afval naar ze gooien om een reactie uit te lokken. Het was moeilijk om naar deze verhalen te luisteren vooral omdat hij er ook steeds grapjes over maakte.
Hij was heel enthusiast, we hebben een leuke tour gehad, maar we waren ook blij dat we weer verder gingen.
We werden bij ons hotel opgehaald in een comfortabele auto om terug naar Benjarmasin te gaan voor onze laatste nacht. 
We moesten van te voren een plek reserveren, wij hadden de twee stoelen achter de chauffeur en achter de bijrijder, maar toen we de andere passagiers gingen ophalen bleek dat iemand de plek tussen ons in had gereserveerd en dat de achterbank leeg was.
Deze vrouw wilde dus ook persee tussen ons in komen zitten omdat dat haar plek was terwijl de hele achterbank vrij was. Na lang discuseren heb ik de achterbank maar genomen en haar mijn plek gegeven. Onbegrijpelijk dat ze zo vasthouden aan hun vaste plekken...

In Benjarmasin werden we weer bij hetzelfde huis afgezet waar we de eerste nacht ook hebben geslapen. Toen we de oprit opliepen zagen we al snel dat er een feestje gaande was. Familieleden gingen Mekka bezoeken en dit was hun afscheidsdinner. We kregen weer eten en drinken en moesten natuurlijk met iedereen op de foto. Onze Indonesische hosts/ surrogaat papa en mama waren blij ons weer te zien.
En gingen de volgende ochtend ook alweer met ons op pad. We namen een bootje naar een eiland vol aapjes op een halfuurtje varen van de stad. Ze hadden een tas vol bananen meegenomen dus alle aapjes liepen gezellig met ons mee over het stenen pad door het stukje bos. De apen vochten om bananen en uiteindelijk ook om de tas zodra ze door hadden dat die vol eten zat.

Met een paar mooie foto's rijker gingen terug met het bootje, dit keer zaten we op het dak en zwaaide iedereen naar ons. We voelden ons net twee prinsessen op het water aan het wuiven naar alle voorbijgangers. Het was 9:30 en we gingen met ze mee naar hun werk, een kapsalon en massagesalon in 1.
M'n haar werd geknipt, dat was ook hard nodig, en we kregen een massage. 
Eenmaal terug in het huis deden we een middagdutje, pakten we onze tassen, aten we nog wat en werden we vervolgens naar het vliegveld gebracht om terug te gaan naar Jogja.
Nu hadden we nog 1 dag om ons voor te bereiden op de tentamens.